maandag 24 augustus 2009

Dubbel gevoel: (waarschuwing: dit is een lang blog)

Schoonheid en lelijkheid, blijdschap en tragedie, opportunisme en
vriendelijkheid liggen vaak dicht bij elkaar. Zo ook in het oerang
oetang dorp, Butik Lawang.




Sinds ons bezoek daar zijn we officieel eco-toeristen. Afhankelijk van
wie je het vraagt zijn dat:
- rijke westerlingen die bij gebrek aan echte natuur thuis de halve
wereld rondvliegen (en ondertussen flink wat Co2 uitstoten) om 'de
woestheid' van de natuur te zien
- of het zijn natuurliefhebbers die door een andere manier van reizen
en vakantie vieren de vele natuurparken en de lokale bevolking
ondersteunen met hun bezoek (je betaalt immers fors entree). De
lokalo's hoeven dan geen bomen meer om te hakken omdat ze al geld
verdienen met het rondleiden van toeristen.

De waarheid zal wel ergens in het midden liggen. Het blijft echter een
dubbel gevoel om eco-toerist te zijn....

Door onze reisgids 'de lonely planet' waren we reeds van twee dingen
op de hoogte. De gidsen die zich enorm opdringen om je mee te nemen op een jungle-trek en het feit dat juist dit plekje op 2 november 2003 getroffen
werd door een overstroming waarbij honderden mensen om het leven
kwamen en het overgrote deel van het dorp werd verwoest (zie eventueel:
http://en.wikipedia.org/wiki/Bukit_Lawang)

Met deze informatie in de hand stapten we in Medan in de bus naar Bukit Lawang.



Terwijl we uitgeteld in de bus zaten te wachten tot de chauffeur
eindelijk eens ging rijden (altijd spannend in Indonesië) stapte de
eerste vriendelijke lokale medereiziger in.
Binnen enkele minuten had hij zich op een plek naast ons
gemanoeuvreerd en begon direct al zijn Nederlandse woordjes op ons los
te laten. Nu zat ik een boek gedoken (De goede Nazi, dagboek van een
Duitser die vlak voor WOII honderdduizenden Chinezen het leven redde
in Nanking) en word dan niet graag gestoord.
Uit goed fatsoen gaf ik nog antwoord ook en toen was ik bijna
reddeloos verloren. 'Do you already have a place to stay?' 'Do you
already have a guide?'

Het hoge woord was eruit, hij had nog wel een neef die alles voor ons
kon verzorgen. Nog voordat ik antwoord kon geven, had Lydia hem
effectief duidelijk gemaakt dat hij heel snel de andere kant van de
bus moest opzoeken...
We waren van hem af, dachten we.

Na enkele minuten reed de bus weg, maar voordat hij echt op gang was,
kwam er nog iemand binnen. Die sprak even met het heerschap dat net
weg was en vervolgens zocht hij ook ons op.
Nee we hebben al een hostel en ook een gids. O, ja wie dan?
Uiteindelijk droop ook hij af. (ook hier had Lydia een niet onbelangrijke rol, zo leer je elkaar wel kennen (-;...)

Tijdens deze drie-uur durende rit hebben we ongeveer vijf mensen gehad
die allemaal begonnen met de vraag 'where are you from?'
De laatste zag er nog het vriendelijkst uit, maar ook hem poeierden we
snel af toen hij aanbood ons de weg te wijzen naar the eco lodge.
'Helpers' hadden we al genoeg in die bus....

Aangekomen bij ons ho(s)tel besloten we daar ter plekke een 'trek' te boeken. De
lokale gids probeerde ons er nog van te overtuigen dat twee dagen echt
beter was, maar aangezien ik net ziek was geweest en Lydia niet zo'n
wandelaar is, werden we het snel eens dat een dag echt voldoende zou
zijn.

Op zaterdagochtend zou onze gids om negen uur klaar zijn. Die ochtend
kwam hij even voor negen uur snel op ons afgelopen terwijl we nog aan het ontbijt zaten. 'Willen jullie echt niet twee dagen?', vroeg hij.
De rest van de groep had besloten toch twee dagen te gaan ipv een (erg
schimmig die plotselinge beslissing).
We bleven bij die ene dag, maar voor we het wisten bleek dat hij dan
met de rest ging maar zijn 'broer' zou met ons op pad gaan.

En wie kwam daar uit de coulissen te voorschijn? Juist: die
vriendelijke jongen uit de bus die ons zo graag de weg wilde wijzen.

We waren belazerd, opgelicht en in de maling genomen.
Wat te doen? We hadden al betaald en de rest van de gidsen vertrokken ook al, een dag wachten leek ook niet ideaal en geld terugvragen is hier nogal een 'uitdaging'.

Onder protest gingen we mee.
Ondanks alle voorzorgsmaatregelen waren we er toch ingetrapt als de
eerste de beste toerist. Het is alsof je ondanks alle waarschuwingen
toch paling op de boulevard van Harderwijk koopt. Je weet dat het
niets is en dat je opgelicht wordt, maar ja het ziet er zo gezellig
uit daar en het is zo ver lopen naar die andere viswinkels.....

Uiteindelijk viel het reuze mee. Ik zou hier ook een schitterend
verhaal kunnen ophangen over de oerang oetangs die we zagen (moeder
met kind) de groep apen die ons gezelschap hield tijdens de lunch in
de jungle of de (naar het schijnt zeldzame) white hand gibbon die we
zagen.



Dat positieve verhaal is er namelijk ook. En dat is ook het
dubbele. Ondanks dat we ' erin gerommeld werden', hadden we een
schitterende tocht door de jungle.


id="BLOG_video-7f6c4d3b4a48d8ad" class="BLOG_video_class" contentid="7f6c4d3b4a48d8ad" height="266" width="320">

Het dubbele in dit dorp is natuurlijk ook dat je er heen gaat om die
beesten in het wild te zien en om de wilde ongerepte jungle te
bekijken, maar doordat je gaat is het niet meer zo wild.

Op vrijdag gingen we naar de voederplek van het apen
rehabilitatiecentrum (waar huisdier-apen weer in het wild worden
gebracht) Uiteindelijk zagen we daar een moeder aap met haar kindje
die melk kreeg gevoerd. Met een groep van 15 toeristen stonden we
rondom deze aap 'te genieten'. Wat een totale nep!
Alles dat nog een beetje natuurlijk leek, veranderde voor mij op dat
moment in een circus.

Temeer als je beseft dat je bij het aanvragen van de vergunning om het
park in te gaan en boekje krijgt met waarschuwing: blijf op 7 tot 10
(!) meter afstand van de apen. Mensen en dieren kunnen ziektes op elkaar
overbrengen die voor beide erg gevaarlijk kunnen zijn.
Zoals op de foto te zien is, was die waarschuwing erg relatief. Die aap is nu vast verkouden.

Zo maak je een dierentuin van een enorm natuurpark. En zo maak je ook
door er te komen de lokale bevolking afhankelijk van toerisme.

Maar de andere kant van de medaille is dat je door er te komen je dit
park helpt (een groot deel van het salaris van de 'rangers' wordt
betaald door het toerisme) En de mensen in het dorp zouden zonder die
toeristen onnoemelijk veel armer zijn en vermoedelijk veel meer hout
kappen als ze niet zouden leven van het feit dat de jungle de toeristen trekt.

En als je langer gaat trekken dan een of twee dagen dan kom je echt in
gebieden waar nauwelijks mensen komen en waar je dus echt de 'natuur'
ingaat.

Maar dubbel is het wel natuurlijk.

Het laatste dubbele gevoel betreft die overstroming in 2003. Wat een
leed hebben die mensen toen doorgemaakt. Het dorp is rondom de rivier
gebouwd. Zeker in die tijd woonde het merendeel van de mensen op
laaggelegen grond, de plek waar ook de meeste hostels waren.

Op een avond stond het water erg hoog en kwam er een waarschuwing dat
men naar hoger gelegen gebied moest gaan. Maar ach, die waarschuwing
kwam vaker en de stroom deed het ook nog gewoon...
Uiteindelijk werden de dorpelingen zich er toch van bewust dat het nu
echt link werd en trokken naar de hoger gelegen delen van het dorp.
Toen vrouwen, kinderen en ouderen daar in veiligheid waren, gingen de
mannen terug om de zaken van waarde te halen.
Op dat moment klonk het alsof 'er tien helikopters langsvlogen' en
voor ze het wisten werden ruim tweehonderd mannen verzwolgen door het
water. De mannen die niet verdronken werden later gedood toen de
hoogspanningsmast omviel door de waterdruk. (dit was een van de zeldzame keren dat de stroom niet uitviel bij een storm)

Een gruwelijk drama.

In de periode daarna kwam de hulp op gang. Dat ging op een bijna wrede
manier. De lichamen werden niet geborgen, maar er werd snel cement
gestort over de rampplek.
Er werd een tentenkamp opgezet voor de getraumatiseerde overlevenden.
Twee jaar later woonde het merendeel daar nog!
Hoewel de overheid geld uit het buitenland had gehad, was er op een
vreemde manier niets aangekomen in Butik Lawang.
Plotseling werden er jaren later in korte tijd een serie pre-fab woningen
neergezet. Het bleek dat de geldschieters een tweede gift wilden doen,
maar eerst wilden zien waaraan het eerste deel was uitgegeven.
Pas toen werd er gebouwd. (woningen zonder douche en wc) en dat tweede
deel werd snel geincasseerd en is wederom verdwenen.

Logischerwijs is het dorp nog altijd vol van deze ramp. Een groot deel
van de bevolking ging verloren. Overal zijn foto's en als je
rondvraagt heeft iedereen een verhaal te vertellen en velen hebben geliefden verloren.

Temidden van al die ellende was er ook iets schitterends dat we
tegenkwamen tijdens ons bezoek aan Butik. Dat bedoelde ik aan het
begin met blijdschap en tragedie.

Nadat de weeskinderen van Butik Lawang een tijdlang aan hun lot waren
overgelaten (sommigen verloren werkelijk iedereen), heeft de
Nederlandse Saskia Landman samen met haar Indonesische man Sugianto
een weeshuis voor kinderen opgezet.
Op een plek waar de overheid en hulporganisaties de zorg die nodig is niet aankunnen of
simpelweg niet willen verstrekken, hebben
zij met eigen geld een weeshuis gebouwd.


Mooie dingen wisselden de vervelende of minder prettige dingen af,
maar over het algemeen gaan we met een zeer goed gevoel weg uit Bukit
Lawang.

Vanmorgen om vijf uur stapten we in de auto op weg naar het vliegveld
van Medan om onze vlucht te halen.

Terwijl we onderweg nadachten over onze laatste uren in Indonesië en
alles wat we de afgelopen weken hebben gezien en gedaan, begon het
vasten van de Ramadan (tot 4:30 die ochtend mocht er gegeten worden).
Op de lange weg langs kleine dorpen liepen honderden mensen op straat.
Vrouwen in witte gewaden op weg naar de moskee, mannen met traditionele
kleden om (en zo'n indonesisch hoedje waar ik de naam niet van weet)
Blije kinderen die spelen langs de weg en veelkleurige lampjes.
Het oogt als een gezellige sfeer, eendrachtig gingen ze op naar de
moskee. Dergelijke gemeenschapszin zou ik in Nederland niet snel weten
te vinden. Hoewel er met kerst overal lampjes hangen en de kerkgang
dan fors toeneemt, is dat toch niet de sfeer van eenheid die we
vanmorgen zagen.
Maar hoe ervaren de mensen het zelf? Is het een groepsding of is het
groepsdruk? Is het gezellig? Is het religieus? Hoe ervaren de mensen van andere religies
het? Worden die op zo'n moment buitengesloten? Willen ze dat zelf? etc?



We hebben ze het niet kunnen vragen en weten het niet, alles wat ik
opschrijf en bedenk is maar een indruk van een rit langs honderden Ramadanvierders.

En zo is het eigenlijk met ons hele bezoek hier.
We weten meer dan ooit over dit land. Maar kennen we het?

Indonesië blijft voor ons een land met vele gezichten: rijk tegenover
arm, sterke vervuiling en schitterende natuur, een moslimland dat ook
multireligieus is, een enorme bureaucratie (overal moet je alles in
drievoud inleveren en het aantal winkels voor stempels of om dingen te
kopieren is tot in de kleinste dorpen indrukwekkend) en een land waar
niets geregeld lijkt.

Al die gezichten en tegenstellingen en dubbele gevoelens zijn voor ons
nu Indonesië.
We hebben zes weken mogen krabbelen aan de oppervlakte.
Er blijft nog genoeg te ontdekken, te zien en te leren over dit land
en over onszelf terwijl we rondreizen.

Maar nu laten we dit schitterende, vreselijke, mooie, lelijke maar
bovenal vriendelijke land achter ons en vliegen via Kuala Lumpur naar
Hong Kong om China te ontdekken.
Jammer om weg te gaan uit Indonesie, maar mooi om op weg te gaan naar een nieuwe horizon in China: ook dat is een dubbel gevoel. (om binnen het thema van dit blog te blijven...(-;... )

We keep you posted!



(hieronder nog een foto van de Bat Cave, de zwarte puntjes zijn vleermuizen)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten